Verbindend opvoeden

Zorgen voor jezelf

Je kan verbinding geven aan iemand als je ook in verbinding staat bent met jezelf. Als je eigen potje overloopt dan kunnen we niet meer in verbinding gaan met anderen. Daarom is zelfzorg een belangrijke pijler binnen verbindend opvoeden. Pas als we goed voor onszelf zorgen en onze eigen grenzen kennen, kunnen we ook op een liefdevolle manier onze grenzen aangeven en ook mentaal beschikbaar zijn voor de ander. Zelfzorg is verbinden met jezelf, met je emoties namelijk wat voel ik, met je eigen behoeften zoals wat heb ik nodig en het zoeken naar wat vertelt mijn lichaam.

Zoeken naar: ”wat wil mijn kind vertellen met zijn gedrag”.

Een kind is van nature liefdevol, wilt meewerken en wilt samenwerken. Een kind vraagt begrenzing als hij weggaat van de liefdevolle natuur en als hij zich niet meer verbonden voelt. Dan heeft die ons nodig om daar terug naartoe te geraken. Als een kind zich lastig gedraagt dan kun je naar 3 dingen kijken:

  • Welke onvervulde behoefte heeft mijn kind zoals nood aan autonomie, spel, verbinding, contact, zelf mogen kiezen, rust, eten, dorst, …
  • Was er bepaalde informatie onvoldoende of onduidelijk
  • Zijn er er pijnlijke gevoelens: opgestapelde gevoelens, moet mijn kind zich bevrijden van stress,…

Opvoeden zonder straffen en belonen

We zijn vaak met de beste bedoelingen van onze eigen ouders zelf opgevoed vanuit het straffen en belonen.

Straffen en belonen werkt vaak op korte termijn. In begeleidingen hoor ik vaak ouders zeggen: één dag zonder iPad dat werkt niet meer, we moeten al dreigen met één week geen iPad. Kinderen zullen ook alleen maar opruimen voor de beloning die erop volgt of uit angst voor de straf. Niet omdat ze het zelf belangrijk en fijn vinden dat het huis netjes. Het is ook als ouder vermoeiend en lastig om die machtsstrijd aan te gaan en dit ook consequent vol te houden. Je verliest tot slot de verbinding met je kind en je kind doet enkel dingen uit extrensieke motivatie.

Bij verbindend ouderschap gaat het om onze langetermijn doelen: bijvoorbeeld ik wil dat mijn kind bij mij terecht kan later, ik wil dat mijn kind kan tonen wat hij voelt en wie hij/zij is, ik wil dat mijn kind kan communiceren wat hij nodig heeft, …

Hoe je dat concreet aanpakt, bespreek ik graag met jou in de begeleiding.

 

Emoties mee opvangen en geleiden

Als het gaat over emoties dan kregen we vaak te horen van:

  • Je moet niet wenen
  • Je moet nu toch niet boos zijn hé
  • Je hoeft niet bang te zijn.
  • ...

Opnieuw met de beste bedoelingen want we willen niet dat ons kind zich slecht voelt. We kregen het zelf zo aangeleerd. Waar moeten die emoties dan naartoe want ze zijn er. We kregen als kind een fopspeen, melk, afleiding (zoals tv), we stopten met wenen omdat het zo hoorde en we kropten onze gevoelens op. Met als gevolg dat het als volwassene moeilijk is om in contact te staat met je wat je lichaam voelt en nodig heeft. We voelen ons verdrietig of kwaad maar denken soms nog: dat hoort niet, dit is niet oké, ik ben niet oké. We grijpen dan soms nog terug naar eten, drinken, een sigaretje, nagelbijten, spierspanning, extra blijven doorgaan zodat we niet voelen, afleiding zoeken (zoals netflix), kwaad worden op je omgeving, geen blijf weten met jezelf, … want het is moeilijk om te voelen wat ons lichaam vertelt en al zeker om te weten hoe het te accepteren.

Eigenlijk zijn kinderen zo puur in het tonen van hun emoties. Als ouder zeggen van: “Hé het is oké om verdrietig te zijn, ik zie dat je boos bent omdat jij ook met de pop wilt spelen, ik snap dat, het is eng hé om voor het eerst in jou grote bed te slapen, …" dan geven we mee dat het oké is om te voelen wat we voelen. En dat we er zijn voor hen. We zeggen hen dat ze mogen voelen en dat onze liefde onvoorwaardelijk is ongeacht hun gevoel. Zo krijgen zij later ook dat stemmetje dat ze tegen zichzelf zeggen.

Wist je trouwens dat we we door te huilen afvalstoffen en spanning uit ons lichaam verwijderen. Het is een natuurlijk helingsmechanisme van ons lichaam. Net zoals lachen dit ook is. Het maakt niet altijd uit dat we weten waarom je kind huilt maar dat je het accepteert.